Onze Piet van der Wal was een legendarische kenner van panden, regelingen, bedreigingen en oplossingen. Regelmatig dacht hij zelf plannen uit die de ambtelijke dienst hielp bij mooie oplossingen. Een aantal daarvan die hij nog in de pijplijn had toen hij stopte, beschreef hij bij mijn aantreden uitvoerig. Ik nam me na zijn overlijden voor om deze als een soort legacy vast te houden en waar mogelijk gerealiseerd te krijgen.
Zijn plan voor de verkeerssituatie bij de Vredeman de Vriesstraat en de povere ruimte voor fietsers, maar ook zijn overtuiging dat alle vooroorlogse wijken in een beschermde parapluregeling zouden moeten komen zodat we als gemeente meer controle in handen hebben en niet meer verrast worden door het verdwijnen van een pand waarvan iedereen dacht dat het monumentale waarde had, maar dat niet bleek te hebben (Stationsweg). Ook had hij een enorm dossier, het dossier Stienserstraat, over de verbouwing van een vooroorlogs pand tot garage waarbij de hele karakteristieke gevel verdween. Zijn voorstel om de gevelindeling, naast bv daklijn, onderdeel van het beschermen te maken kwam hieruit voort.
Tegelijkertijd bleek ook vanuit de waan van de dag genoeg gaande te zijn dat vanuit deze portefeuille moest worden aangevlogen. Daardoor verschenen er in de afgelopen tweeënhalf jaar diverse schriftelijke vragen waarin we het college bevroegen of erfgoed gerelateerde zaken.
Voorbeelden hiervan zijn de vragen die we stelden aan de hand van foto's van de opslag van het torentje van Cuypers. In de jaren negentig werd het torentje, dat uit 1882 stamt en onderdeel uitmaakte van het Sint-Fredericus Liefdesgesticht, voor veel geld gerestaureerd door Leeuwarder Corporatie Patrimonium en daarna geschonken aan de Gemeente Leeuwarden. Lange tijd stond het op het hoekje naast de Blokhuispoort. Door de herindeling van dat gebied was er geen plek meer. De foto's die wij onder ogen kregen toonden het torentje op zijn zijde liggend in een weinig deplorabele staat. Zo ga je niet om met erfgoed! En we stelden met succes schriftelijke vragen. In de antwoorden konden we lezen dat "van mening zijn dat we een goede plek te hebben gevonden voor herplaatsing en zullen zorgen dat de torenspits daar in ere wordt hersteld."
Het torentje zal geplaatst worden in het buurtschap De Klamp waar aan het centrale dorpspleintje met de plaatsing "een extra dimensie toe en legt een link met de bestaande stad, terwijl duidelijk is dat het een toevoeging is", aldus te lezen in de beantwoording. Op de vraag wanneer werd geantwoord dat "De eerste fase van De Klamp wordt in het najaar van 2018 bouwrijp gemaakt. Vanaf midden 2019 kan de spits van het arkeltorentje geplaatst worden."
Tot op heden hebben we nog geen uitnodiging ontvangen voor de feestelijke herplaatsing, maar we houden onze vinger aan de pols.
Nog voor Buma als burgemeester in beeld was, hadden wij ons vizier op de Buma State laten vallen. Gealarmeerd door -wederom- de deplorabele staat gingen we op onderzoek uit. In dezelfde tijd verscheen een noodkreet van Heemschut Frysl^an over het achterstallige onderhoud en het uitblijven van de renovatie. Ook hierover stelden we schriftelijke vragen.
Ondertussen bleek de koers van het tot stand komen van de nieuwe Erfgoednota een spannend traject. Er werd gekozen voor een Erfgoed Agenda in plaats van de oldfashion vorm. Een meer eigentijdse vorm waarbij inbreng van onderop centraal stond, er tal van bijeenkomsten werden georganiseerd en het uitgangspunt om tot een levend document te komen even wennen was.
Na de Startnotitie Erfgoedagenda van de toekomst in mei 2019 is er op 17 september 2019 een brainstormsessie georganiseerd voor de raad in De Fabriek in Wergea. Tijdens deze brainstormsessie is input geleverd voor de "Erfgoedagenda van de toekomst". Daarnaast werd gevraagd om ook de maatschappelijke betrokkenen en belanghebbenden op het gebied van erfgoed bij het opstellen van de "Erfgoedagenda van de toekomst" te betrekken.